Hoe ver strekt de informatieverplichting van een plastisch chirurg?

Enkele maanden geleden is door de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak met betrekking tot de aansprakelijkheidsstelling van een chirurg door een patiënt. De patiënt stelde de arts aansprakelijk aangezien enkele maanden na het ondergaan van een borstvergrotingsoperatie bij deze patiënt zeldzame littekens op haar borst verschenen. Uit deze zaak wordt duidelijk wat nu precies de plicht van de arts is als het gaat om het verstrekken van informatie aan de patiënt voorafgaand aan een operatie.

Mevrouw stelt dat zij, voorafgaand aan de operatie, niet of onvoldoende is geïnformeerd over de aard en het doel van de behandeling en over de te verwachten gevolgen en risico’s. De arts voert het verweer dat hij aan mevrouw, voorafgaand aan de operatie, schriftelijke informatie heeft verschaft waarin zij is gewezen op de littekens en hoe deze zich kunnen ontwikkelen. Het risico op het ontstaan van deze specifieke littekens is zo klein (1%) dat daar volgens de arts niet op hoeft te worden gewezen. Bovendien voert de arts aan dat, zelfs al zou mevrouw zijn geïnformeerd over de kleine kans op deze zeldzame littekens, het niet aannemelijk is dat zij van de ingreep had afgezien.

Een ‘hulpverlener’ heeft op grond van artikel 7:448 BW de wettelijke plicht om een patiënt op duidelijke wijze in te lichten over de voorgestelde behandeling. Voor verrichtingen ter uitvoering van een behandelingsovereenkomst is op grond van 7:450 BW toestemming van de patiënt vereist en een patiënt kan alleen toestemming voor een behandeling geven indien hij over de behandeling voldoende is geïnformeerd. De arts moet zich bij het verstrekken van informatie laten leiden door hetgeen de patiënt redelijkerwijs dient te weten ten aanzien van de te verwachten gevolgen van de operatie, de risico’s daarvan en over de vooruitzichten. De grootte van het risico kan hierbij ook een rol spelen.

De informatieplicht van de hulpverlener strekt er toe de patiënt in staat te stellen een weloverwogen keuze te maken voor het al dan niet ondergaan van de behandeling. Het is aan de patiënt om te stellen, en zo nodig bewijzen, dat zij indien zij op een juiste wijze was geïnformeerd zijn niet zou hebben gekozen voor de behandeling.

In de bovengenoemde zaak, waarin een patiënt wegens het ontstaan van de littekens de arts aanspreekt, heeft de Rechtbank geoordeeld dat niet vast kan worden gesteld dat de arts tekort is geschoten in de geneeskundige behandelingsovereenkomst. Voorafgaand aan de operatie is mevrouw schriftelijk geïnformeerd over de operatie en de mogelijke gevolgen en risico’s daarvan. Zij heeft twee toestemmingsformulieren ontvangen en ondertekend waarin onder andere stond: “Littekens na een dergelijke operatie zijn onvermijdelijk”. Ook indien mevrouw wist dat er 1% kans was op deze littekens dan betwijfelt de rechter zeer of zij af zou hebben gezien van de operatie. Uit haar uitlatingen is volgens de rechter duidelijk op te maken dat mevrouw de operatie erg graag wilde. Zij is bovendien gewezen op het mogelijk kunnen scheuren van silliconenimplantaten en zij is daarmee akkoord gegaan terwijl dit een ernstigere complicatie is dan littekenvorming.

Het is dus van groot belang dat een arts voorafgaand aan de operatie alle nodige informatie aan de patiënt verstrekt, zodat de patiënt een weloverwogen keuze kan maken voor het al dan niet ondergaan van een medische behandeling. Doet de arts dit niet of onvolledig dan is de kans groot dat hij niet onder aansprakelijkheid uit kan komen. Wordt er namelijk geen of onvoldoende informatie verschaft door de arts, dan is de patiënt niet in staat om toestemming te geven voor de medische behandeling. Op grond van artikel 7:450 BW is deze toestemming vereist. Gebreken in voorlichting door de arts brengen echter niet altijd mee dat de arts naar de patiënt aansprakelijk is voor eventuele schade die voortvloeit uit de behandeling. Het gaat alleen om die informatie waardoor een patiënt een weloverwogen keuze kan maken. Het ligt op de weg van de patiënt om te stellen, en zo nodig te bewijzen, dat als zij op een juiste manier was geïnformeerd de behandeling niet zou zijn ondergaan.